Vanop het Tanegashima Space Center in Japan is op donderdag 27 februari 2014 het Global Precipitation Measurement Core Observatory succesvol in de ruimte gebracht. Deze nieuwste aardobservatiesatelliet werd met behulp van een H-2A draagraket in een lage baan om de Aarde gebracht en moet vanuit de ruimte de neerslag op Aarde observeren.
De 53 meter lange H-2A draagraket vertrok om 19u37 Belgische tijd vanop het Tanegashima Space Center dat zich op het Japanse eiland Tanegashima bevindt, 115 kilometer ten zuiden van het eiland Kyushu. De H-2A draagraket werd in 2001 voor het eerst gelanceerd en is vandaag de dag het werkpaard binnen de Japanse ruimtevaart. Zo bracht deze tweetraps raket in het verleden al 48 satellieten probleemloos in de ruimte. Deze draagraket wordt gebouwd door Mitsubishi Heavy Industries en kan in twee verschillende varianten gelanceerd worden. De zwaarste en meest krachtige variant kan satellieten tot zes ton tot in een geostationaire overdrachtbaan brengen. Iets meer dan vijftien minuten na de start van de lancering werd uiteindelijk het Global Precipitation Measurement Core Observatory succesvol uitgezet in een lage baan om de Aarde op een hoogte van 407 kilometer. Naast de hoofdvracht werden ook nog eens zeven kleinere Japanse satellieten in de ruimte gebracht. Vier onder hen zijn zogeheten 'CubeSats' en werden ontwikkeld door Japanse universiteiten.
De Japanse H-2A draagraket staat klaar op het lanceercomplex - Foto: NASA / Bill Ingalls
Het Global Precipitation Measurement Core Observatory is een aardobservatiesatelliet die werd ontworpen en gebouwd door NASA's Goddard Space Flight Center. De satelliet heeft de omvang van een vrachtwagen en woog bij zijn lancering iets minder dan vier ton. Aan boord van deze satelliet bevinden zich twee belangrijke instrumenten waarvan de Dual-frequency Precipitation Radar (DPR) ontwikkeld werd door het Japanse ruimtevaartagentschap JAXA. Met deze radar willen gaan wetenschappers driedimensionale kaarten maken van regenbuien, stormen en orkanen alsook de intensiteit in kaart brengen van de regen en sneeuw die op het aardoppervlak neerkomt. Het tweede instrument aan boord van Global Precipitation Measurement Core Observatory is de GPM Microwave Imager (GMI) en werd ontwikkeld door het Amerikaanse bedrijf Ball Aerospace and Technologies Corp. Met dit instrument wil men de hoeveelheid neerslag meten die zich in wolkensystemen bevindt en uiteindelijk neervalt op het aardoppervlak. Zo zal dit instrument voor de eerste keer lichte regen en sneeuw meten die zich nog in de lucht bevindt zodat men op basis hiervan betere voorspellingen kan maken. NASA en JAXA hebben ongeveer 1,2 miljard dollar geïnvesteerd in het Global Precipitation Measurement Core Observatory en wetenschappers hebben dan ook hoge verwachtingen van deze missie. Het grote voordeel aan de instrumenten die zich aan boord van deze satelliet bevinden, is dat zij globale waarnemingen verrichten terwijl radars op Aarde slechts een beperkt gebied kunnen monitoren. Meer dan tien jaar lang hebben NASA en JAXA aan dit project gewerkt dat de opvolger is van de Tropical Rainfall Measuring Mission (TRMM) satelliet die in 1997 in de ruimte werd gebracht en eveneens een Amerikaans-Japans project was. Met het Global Precipitation Measurement Core Observatory hopen wetenschappers meer te leren over de neerslag die zich in de lucht bevindt en dagelijks op het aardoppervlak valt aangezien dit rechtstreeks en onrechtstreeks enorme gevolgen heeft voor de mens en zijn maatschappij waarin hij leeft. Deze satelliet maakt ook deel uit van het Global Precipitation Measurement netwerk waarin zich nog negen andere aardobservatiesatellieten bevinden afkomstig uit de Verenigde Staten, Japan, India, Europa en Frankrijk.