
De STS-2 ruimtemissie was de tweede bemande Amerikaanse Space Shuttle-missie uit het Space Transportation System (STS) programma van de ruimtevaartorganisatie NASA. Deze ruimtevlucht ging van start op 12 november 1981 en werd uitgevoerd met het ruimteveer Columbia dat bemand werd door twee Amerikaanse astronauten. Gedurende deze ruimtevlucht werd voor het eerst het Remote Manipulator System (RMS) gebruikt. Deze Canadese robotarm zou later gebruikt worden om satellieten met op te vangen of uit te zetten of om onderdelen aan een ruimtestation vast te hechten. Opvallend aan de STS-2 missie was dat dit de laatste keer was dat een ruimtevlucht werd uitgevoerd met astronauten die voor het eerst de ruimte ingingen.

STS-3 was de derde bemande Amerikaanse Space Shuttle-missie. Deze ruimtevlucht ging op 22 maart 1982 van start en werd uitgevoerd met het ruimteveer Columbia. Dit was de eerste lancering van een Amerikaans ruimteveer waarbij de External Tank (ET) niet wit was geverfd maar in z’n oorspronkelijke kleur gelaten werd om op deze manier overtollig gewicht te besparen. Ook was dit de eerste en enige missie waarbij op de White Sands Space Harbor landingsbaan in de Amerikaanse staat New Mexico werd geland. Doel van deze derde Space Transportation System (STS) missie was om het Remote Manipulator System (RMS) robotarm verder te testen en om voor het eerst verschillende experimenten in het ruimteveer uit te voeren.

Op 27 juni 1982 ging de vierde Amerikaanse Space Shuttle-missie van start toen de krachtige raketmotoren van het ruimteveer Columbia tot ontbranding werden gebracht op het lanceercomplex 39A van het Kennedy Space Center. Dit was de laatste testmissie van het Space Transportation System (STS) programma van de ruimtevaartorganisatie NASA. Aan boord van het ruimteveer Columbia bevonden zich twee astronauten die ondermeer medische experimenten uitvoerden op zichzelf in het kader van verschillende studentenprojecten. In het laadruim van het ruimteveer bevond zich voor het eerst een commerciële vracht alsook voor het eerst een geheime lading afkomstig van het Amerikaanse leger. Na deze vierde testmissie werd de Space Shuttle door de NASA officieel als operationeel verklaard.

STS-5 was de vijfde missie uit het Amerikaanse Space Transportation System (STS) ruimteprogramma van de ruimtevaartorganisatie NASA en was de eerste echte missie na vier eerdere testvluchten. Op 11 november 1982 ging de vijfde Space Shuttle-missie van start met als belangrijkste doel twee communicatiesatellieten uit te zetten in een baan om de Aarde. Tijdens deze ruimtevlucht zou normaal ook de eerste ruimtewandeling uit het STS programma worden uitgevoerd maar omwille van een probleem met de ruimtepakken ging dit niet door. Bijzonder aan deze ruimtemissie was dat de vier astronauten aan boord van het ruimteveer Columbia tijdens de lancering en landing geen drukpakken droegen en het ruimteveer opnieuw op het geplande tijdstip werd gelanceerd waardoor men meer vertrouwen kreeg in het STS programma.

Op 4 april 1983 ging de zesde Space Shuttle-missie van start. Dit was meteen ook de eerste ruimtevlucht van het nieuwe Amerikaanse ruimteveer Challenger. Aan boord van dit ruimteveer bevonden zich vier astronauten en het hoofddoel van deze missie was om de eerste Tracking and Data Relay Satellite (TDRS) kunstmaan van de ruimtevaartorganisatie NASA uit te zetten. Daarnaast zou men tijdens de STS-6 ruimtevlucht ook de eerste ruimtewandeling uit het Space Transportation System (STS) programma uitvoeren die oorspronkelijk gepland was voor de STS-5 missie. Bijzonder aan deze STS-6 missie was dat er voor eerst ook gebruik werd gemaakt van een nieuwe lichtgewicht External Tank (ET) en twee nieuwe lichtgewicht Solid Rocket Boosters (SRB's) omhulsels.

De Amerikaanse bemande ruimtevlucht STS-7 was de zevende missie uit het Space Transportation System programma en werd uitgevoerd met het ruimteveer Challenger die voor de tweede maal de ruimte inging. Aan boord van dit ruimteveer bevonden zich voor het eerst vijf bemanningsleden waaronder de Amerikaanse astronaute Sally Ride die hierdoor de eerste Amerikaanse vrouw werd in een baan om de Aarde. In het vrachtruim van de Challenger bevonden zich twee communicatiesatellieten en voor het eerst werd ook de Shuttle Pallet Satellite (SPAS-1) meegenomen dat ontwikkeld werd door een ruimtevaartbedrijf in West Duitsland en tal van experimenten aan boord had. Deze missie duurde in totaal 6 dagen en 2 uur en net als de vorige STS missies bleek deze ruimtevlucht een groot succes te zijn.

Tijdens de STS-8 ruimtemissie werd het Amerikaanse ruimteveer Challenger voor de derde maal gelanceerd. Dit was de eerste nachtelijke lancering en landing van een Amerikaans ruimteveer. Aan boord van de Challenger bevonden zich vijf Amerikaanse astronauten waaronder de eerste Afro-Amerikaan. In het laadruim van het ruimteveer bevond zich ondermeer de Indiase INSAT 1B kunstmaan. Deze missie duurde iets meer dan zes dagen en aan boord van de Challenger bevonden zich naast de verschillende wetenschappelijke experimenten ook meer dan 260 000 postzegels die na deze ruimtevlucht verkocht werden aan het grote publiek.

De Amerikaanse STS-8 ruimtemissie was de negende ruimtevlucht uit het Space Transportation System programma van de NASA en tijdens deze tiendaagse missie werden tientallen wetenschappelijke experimenten uitgevoerd in het door Europa gebouwde Spacelab ruimtelabo dat voor het eerst in de ruimte gebracht werd. Deze bemande ruimtevlucht werd uitgevoerd met het ruimteveer Columbia en voor het eerst bestond de bemanning uit 6 astronauten waaronder de eerste niet-Amerikaanse ruimtevaarder Ulf Merbold.

De tiende missie van een Amerikaanse Space Shuttle kreeg de naam STS-41-B en was de vierde ruimtevlucht van het ruimteveer Challenger. Tijdens deze missie zou de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA proberen om nog één laatste record te vestigen uit de geschiedenis van de bemande ruimtevaart namelijk het uitvoeren van een ruimtewandeling waarbij de astronaut zich op eigen kracht voortbeweegt en niet afhankelijk is van zijn ruimtetuig. Hiervoor werd speciaal de Manned Maneuvering Unit (MMU) ontwikkeld waarmee astronaut Bruce McCandless uiteindelijk het record vestigde. Ondanks dit grote succes kende deze missie ook enkele tegenslagen doordat twee satellieten in een te lage baan om de Aarde terechtkwamen en de robotarm van het ruimteveer niet goed functioneerde.

Op 6 april 1984 ging de elfde Space Transportation System (STS) missie van start toen het ruimteveer Challenger voor de vijfde maal werd gelanceerd voor de STS-41-C missie. Het ruimteveer had aan boord een bemanning van vijf astronauten en kenmerkend aan deze missie was dat een Amerikaans ruimteveer voor de eerste keer een hoogte van meer dan 550 kilometer bereikte door middel van gebruik te maken van het Orbiter Maneuvering System. De twee hoofddoelen van de missie waren de Long Duration Exposure Facility (LDEF) uit te zetten in een baan om de Aarde en om een satelliet terug op te vangen en deze te herstellen in het laadruim van het ruimteveer.

Op 5 oktober 1984 was het opnieuw de beurt aan het ruimteveer Challenger om een nieuwe missie te vliegen. Dit was de 13e Space Shuttle missie en de zesde die uitgevoerd werd door het tweede ruimteveer Challenger. Aan boord bevond zich voor het eerst een bemanning van zeven astronauten, waaronder ook de eerste Canadese ruimtevaarder. Naast de 7 astronauten bevond zich in het laadruim een satelliet die succesvol werd uitgezet en werd er een ruimtewandeling (EVA) uitgevoerd die 3 uur en 29 minuten duurde. Op 13 oktober kwam een eind aan de 8 dagen durende vlucht toen het ruimteveer, voor de tweede keer in de geschiedenis terug landde op de Shuttle Landing Facility landingsbaan van het Kennedy Space Center in Florida.

Op 29 april 1985 werd voor een zevende maal het Amerikaanse ruimteveer Challenger gelanceerd vanop het Kennedy Space Center in Florida. Deze STS-51-B missie stond volledig in het teken van wetenschappelijk onderzoek aan boord van het ruimtelabo Spacelab dat zich in het laadruim van het ruimteveer bevond en voor een tweede maal de ruimte inging. Aan boord van de Challenger bevonden zich zeven astronauten en naast de verschillende wetenschappelijke intsrumenten bevonden zich ook twee aapjes en 24 knaagdieren in het ruimteveer waarmee men de symptomen en gevolgen van ruimteziekte onderzocht. Deze missie duurde iets meer dan 7 dagen en doordat vrijwel alle wetenschappelijke experimenten probleemloos werden uitgevoerd werd deze missie een groot succes.

De vijftiende vlucht van een Amerikaanse Space Shuttle ging op 24 januari 1985 van start en werd uitgevoerd met het ruimteveer Discovery. Naast de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA investeerde het Amerikaanse Department of Defense (DoD) eveneens voor een groot deel in de ontwikkeling van het Space Transportation System (STS) programma zodat deze ruimteveren ook zouden kunnen ingezet worden voor militaire doeleinden. De STS-51-C missie was de eerste vlucht in opdracht van het Amerikaanse Department of Defense en aan boord van de Discovery bevonden zich naast de vijf astronauten ook een militaire satellite bested voor ELINT (Electronic Intelligence) toepassingen. Deze missie duurde slechts iets meer dan drie dagen. Dit was de 46ste bemande Amerikaanse ruimtevlucht.

De twintigste bemande Amerikaanse Space Shuttle missie startte op 27 augustus 1985 en werd uitgevoerd met het ruimteveer Discovery. Tijdens deze STS-51-I ruimtevlucht zou men drie communicatiesatellieten uitzetten in een baan om de Aarde en zou een andere kunstmaan terug opgevangen en hersteld worden tijdens twee ruimtewandelingen. Aan boord van de Discovery bevonden zich vijf astronauten en het totale gewicht aan vracht in het laadruim van het ruimteveer bedroeg 19,9 ton. Dankzij het succes van de STS-51-A missie in 1984 kon de Amerikaanse Leasat-3 satelliet tijdens deze missie opgevangen en hersteld worden tijdens twee ruimtewandelingen die samen 11 uur en 27 minuten duurden waardoor deze missie als een groot succes werd omschreven.

De STS-51-J ruimtemissie was de eerste ruimtevlucht waarbij het ruimteveer Atlantis werd gebruikt en was eveneens ook de 21ste missie uit het Amerikaanse Space Transportation System (STS) ruimteprogramma. Dit was de tweede maal dat een Space Shuttle-missie uitgevoerd werd in opdracht van het Amerikaanse Department of Defense (DoD). In totaal duurde deze vlucht iets meer dan vier dagen. Het ruimteveer Atlantis ging uiteindelijk op 3 oktober 1985 voor het eerst de ruimte in. In zijn vrachtruim bevonden zich twee militaire Defense Satellite Communications System (DSCS) kunstmanen die elk een gewicht hadden van 2,6 ton en met succes in een baan om onze planeet uitgezet werden door de vijf astronauten aan boord van het ruimteveer.

Het Amerikaanse ruimteveer Challenger stond tijdens de STS-61-A missie volledig in het teken van het Duits wetenschappelijk ruimteonderzoek aangezien zich in het vrachtruim van het ruimteveer de Spacelab Long Module bevond die voor deze ruimtereis gecharterd werd door West-Duitsland. Voor het eerst vlogen maar liefst 8 astronauten mee met een Amerikaans ruimteveer en twee hiervan waren Duitse Payload Specialists die verantwoordelijk waren voor het merendeel van de wetenschappelijke experimenten aan boord van het Spacelab D1 ruimtelabo. Dit was de eerste maal dat een STS missie grotendeels gefinancierd en gecontroleerd werd door een ander land. Dit was eveneens ook de vierde vlucht waarbij het Spacelab ruimtelabo werd gebruikt. Na deze succesvolle Duitse Space Shuttle missie zou het ruimteveer Challenger nooit meer de ruimte ingaan aangezien het bij zijn volgende lancering zou vernietigd worden en zijn crew hierbij om het leven zou komen.

Na de twee Space Shuttles Columbia en Challenger, die inmiddels samen al 11 vluchten hadden uitgevoerd, was het de beurt aan het ruimteveer Discovery. Dit ruimteveer werd voor het eerst gelanceerd tijdens de STS-41-D missie die op 30 augustus 1984 van start ging. In vergelijking met de twee andere ruimteveren was de Discovery veel lichter omdat er gebruik werd gemaakt van lichtgewicht hittewerend materiaal. Een ander kenmerk van deze missie was dat de lancering slechts enkele seconden voordat de Solid Rocket Boosters (SRB’s) zouden tot ontbranding worden gebracht, werd geannuleerd. Hierdoor moesten de hoofdmotoren weer uitgeschakeld worden en dit was sinds de Gemini 6A missie niet meer gebeurd. Nadat het ruimteveer zich eindelijk in een baan rond de Aarde bevond, werden er met succes 3 communicatiesatellieten uitgezet. Op 5 september landde het ruimteveer Discovery terug op Aarde na een missie van 6 dagen en 3 uur.

Op 26 november 1985 werd voor een tweede maal het ruimteveer Atlantis gelanceerd vanop het Kennedy Space Center in Florida. Tijdens deze STS-61-B missie ging voor de eerste maal ook een Mexicaanse astronaut de ruimte in. In het vrachtruim van de Atlantis bevonden zich drie communicatiesatellieten die met succes uitgezet werden in een baan om de Aarde. Twee astronauten testten tijdens twee ruimtewandelingen verschillende constructie- en assemblagetechnieken uit. Dit was de 23ste maal dat een Amerikaanse Space Shuttle in de ruimte werd gebracht. Deze missie wordt vaak aanzien als een van de meest succesvolle Space Shuttle missies voor het tragische ongeval met het ruimteveer Challenger in 1986.

De STS-33 Space Shuttle missie was de vijfde Amerikaanse bemande ruimtevlucht die uitgevoerd werd in opdracht van het Amerikaanse Department of Defense. Op 22 november 1989 vertrok het ruimteveer Discovery vanop het lanceercomplex 39B van het Kennedy Space Center. Tijdens deze vijf dagen durende ruimtevlucht werd een geheime spionagekunstmaan in een baan om de Aarde gebracht. Aan boord van de Discovery bevonden zich vijf astronauten. Opvallend aan deze crew was dat de originele piloot vijf maanden voor deze missie stierf tijdens een vliegtuigongeval. Dit was de 32ste missie van een Amerikaanse Space Shuttle en was meteen ook de 9de maal dat het ruimteveer Discovery gebruikt werd.

De 33ste missie van een Amerikaans ruimteveer ging op 9 januari 1990 van start en werd uitgevoerd met het ruimteveer Columbia dat hierdoor zijn 9de ruimtevlucht maakte. Tijdens deze missie werd een Amerikaanse militaire communicatiesatelliet uigezet in een baan om de Aarde en werd de Long Duration Exposure Facility van het Amerikaanse ruimtevaartagentschap NASA terug mee naar huis genomen. Aan boord van het ruimteveer Columbia bevonden zich vijf Amerikaanse ruimtevaarders. In totaal duurde deze missie 10 dagen en 21 uur. Deze STS-32 missie wordt algemeen aanzien als één van de meest ingewikkelde ruimtevluchten ooit aangezien de vijf astronauten de 9,5 ton zware LDEF veilig terug naar de Aarde moesten brengen waarna wetenschappers de experimenten onderzochten nadat deze jarenlang werden blootgesteld aan de ruimtelijke omgeving.

De STS-35 ruimtemissie was de tiende bemande ruimtevlucht die uitgevoerd werd met het Amerikaanse ruimteveer Columbia. Deze missie stond helemaal in het teken van het ontplooien van de ASTRO-1 ruimtetelescoop. Aan boord van het ruimteveer bevonden zich 7 astronauten. De belangrijkste taak van deze ruimtevaarders was het uitvoeren van tal van astronomisch onderzoeken van het universum in zowel het röntgen- alsook het ultravioletgedeelte van spectrum met het ASTRO-1 ruimteobservatorium. Dit was de 38ste vlucht van een Amerikaans ruimteveer. In totaal maakte 7 bemanningsleden tijdens deze ruimtevlucht 144 omwentelingen om onze planeet.

De 29ste Amerikaanse Space Shuttle missie ging op 4 mei 1989 van start toen het ruimteveer Atlantis voor een vierde maal de ruimte inging. Deze missie stond helemaal in het teken van de planeet Venus aangezien zich in het laadruim van het ruimteveer de Magellan ruimtesonde bevond die na een reis van 15 maanden voor het eerst een gedetailleerde kaart moest maken van het oppervlak van deze planeet. Naast het Magellan ruimtetuig bevonden zich ook 5 astronauten aan boord van de Atlantis. Dit was de eerste maal dat een planetaire sonde in de ruimte gebracht werd door middel van een ruimteveer. Op enkele kleine technische problemen na bleek deze missie een groot succes te zijn. Dankzij de succesvolle Magellan ruimtemissie hebben wetenschappers nauwkeurige kaarten van 98% van het Venusoppervlak door middel van geavanceerde radartechnologie. Magellan blijft tot op heden nog steeds één van de meest succesvolle verkenners van de planeet Venus.

De STS-40 Space Shuttle missie was de 11de bemande ruimtevlucht die werd uitgevoerd met het ruimteveer Columbia. Dit was eveneens de vijfde Spacelab missie. Aan boord van de Columbia bevonden zich zeven astronauten. Het ruimteveer werd op 5 juni 1991 gelanceerd vanop het Kennedy Space Center waarna het ruimtetuig 9 dagen in een baan om de Aarde verbleef. In het laadruim van de Columbia bevond zich meer dan 12 ton aan vracht met als belangrijkste onderdeel het Spacelab ruimtelabo waarin de astronauten konden leven en werken. Deze eerste “Spacelab Life Sciences” missie stond helemaal in het teken van wetenschappelijk biologisch onderzoek. Ze kan algemeen omschreven worden als een uiterst succesvolle ruimtemissie.

Op 12 september 1991 werd het Amerikaanse ruimteveer Discovery gelanceerd voor de STS-48 ruimtemissie. Aan boord bevonden zich vijf astronauten. Tijdens deze vijf dagen lange missie werd de Upper Atmosphere Research Satellite (UARS) kunstmaan uitgezet in een baan om de Aarde. Deze kunstmaan zou vele jaren lang de bovenste lagen van onze atmosfeer nauwkeurig onderzoeken dankzij de tien instrumenten die het tuig aan boord had. Op 18 september keerde het ruimteveer terug naar de Aarde. Dit was de 13de maal dat het ruimteveer Discovery gebruikt werd voor een bemande ruimtemissie.

STS-88 zal ongetwijfeld de geschiedenis ingaan als één van de meest historische Space Shuttle missies. Tijdens deze 11 dagen durende ruimtevlucht werd de eerste Amerikaanse module vastgehecht aan een Russische module. Later zouden deze twee woon- en werkmodules de basis vormen van het internationaal ruimtestation ISS. De zes ruimtevaarders aan boord van het ruimteveer Endeavour vertrokken op 4 december 1998 en voerden tijdens hun missie drie ruimtewandelingen uit. Aan boord van het ruimteveer Endeavour bevond zich ondermeer de 5,4 meter lange Unity (Node 1) koppelingsmodule die in opdracht van het Amerikaanse ruimtevaartagentschap NASA gebouwd werd door het lucht- en ruimtevaartbedrijf Boeing. Aan deze Unity koppelingsmodule zouden later nog verschillende andere modules vastgehecht worden. Dit was de eerste Space Shuttle missie in het kader van de assemblage van het internationaal ruimtestation.

De twaalfde ruimtevlucht van het ruimteveer Columbia stond in 1992 helemaal in het teken van de wetenschap en kreeg de naam U.S. Microgravity Laboratory-11 (USML-1). In het vrachtruim van het ruimteveer bevond zich het Spacelab ruimtelabo waarin zeven ruimtevaarders tientallen experimenten uitvoerden. Dit was de zesde maal dat een Spacelab Long Module configuratie gebruikt werd in het vrachtruim van een ruimteveer. In totaal bevonden zich tijdens deze missie meer dan 30 wetenschappelijke experimenten in het ruimteveer die ontwikkeld werden door meer dan 100 onderzoekers. Gedurende meer dan dertien dagen werkten minstens vier ruimtevaarders de klok rond in het USML ruimtelabo. Dit was de eerste maal dat een ruimteveer bijna veertien dagen in de ruimte bleef. Dit nieuwe record werd mogelijk gemaakt doordat het ruimteveer voorzien werd van het Extended-Duration Orbiter Pallet dat zich eveneens in het vrachtruim van de Columbia bevond.

In november 1984 was het terug de beurt aan het ruimteveer Discovery om een ruimtevlucht uit te voeren. Dit was de veertiende ruimtemissie met een Amerikaanse Space Shuttle en de tweede vlucht van het ruimteveer Discovery. Nog geen maand nadat het ruimteveer Challenger na een 8 dagen durende vlucht geland was, ging de volgende missie al van start. Aan boord van de Discovery bevonden zich vijf astronauten die als belangrijkste doel hadden twee communicatiesatellieten uit te zetten in een baan om de Aarde. Tijdens deze missie zou men ook twee andere kunstmanen opnieuw opvangen en meenemen naar de Aarde. Deze satellieten warenl eerder al uitgezet maar in een verkeerde baan om de Aarde terechtgekomen. Na bijna acht dagen in de ruimte te zijn geweest, landde het ruimteveer Discovery op 16 november 1984 terug op het Kennedy Space Center in Florida.

In januari 1986 vond de 24ste Space Shuttle missie plaats. Het was meer dan 2 jaar geleden dat het ruimteveer Columbia nog eens de ruimte inging. Deze STS-61-C ruimtevlucht werd na de missie door de pers omschreven als "Mission Impossible" aangezien er acht pogingen nodig waren om de Columbia in de ruimte te krijgen. Aan boord bevonden zich zeven bemanningsleden, waaronder de eerste ruimtevaarder van Costa Rica evenals de tweede Amerikaanse senator. In het vrachtruim van het ruimteveer bevond zich een communicatiesatelliet die in een baan om de Aarde moest uitgezet worden. Nadat de lancering enkele malen was uitgesteld, werd de Columbia uiteindelijk op 12 januari 1986 gelanceerd vanop het Kennedy Space Center. Tien dagen nadat de Columbia opnieuw geland was op de Edwards Air Force Base explodeerde het ruimteveer Challenger tijdens de lancering waarbij zeven astronauten om het leven kwamen. Hierdoor zou het twee en een half jaar duren voordat er weer een Space Shuttle de ruimte zou ingaan.

De 55ste Amerikaanse Space Shuttle missie werd uitgevoerd met het ruimteveer Columbia en stond helemaal in het teken van wetenschappelijk onderzoek. Tijdens deze STS-55 ruimtemissie bevonden zich zeven ruimtevaarders en het Spacelab ruimtelaboratorium aan boord van het ruimteveer Columbia. Dit was de tweede maal (na de STS-61-A missie) dat een Spacelab-missie in het teken stond van Duits ruimteonderzoek. Hierdoor bevonden zich onder de zeven bemanningsleden dan ook twee Duitse ruimtevaarders. Na enkele mislukte lanceerpogingen vertrok het ruimteveer Columbia uiteindelijk op 26 april 1993 voor een negendaagse missie. Tijdens deze "D-2" missie werd de 100ste vluchtdag in de ruimte gevierd van het ruimteveer Columbia.

De STS-70 Space Shuttle missie had als belangrijkste taak het uitzetten van een nieuwe Amerikaanse Tracking and Data Relay Satellite (TDRS) kunstmaan. Deze ruimtevlucht werd uitgevoerd met het ruimteveer Discovery en aan boord van de ruimtependel bevonden zich vijf Amerikaanse ruimtevaarders. Het ruimteveer Discovery vertrok op 13 juli 1995 vanop het Kennedy Space Center en bleef 8 dagen en 22 uur in een baan om de Aarde. Tijdens deze missie werd voor het eerst gebruik gemaakt van een vernieuwde Space Shuttle Main Engine en een vernieuwde Mission Control Room die zich in gebouw 30 van het Johnson Space Center in Houston bevond. Deze Amerikaanse bemande ruimtevlucht zal ongetwijfeld de geschiedenis ingaan als de "Woodpecker Mission" aangezien de External Tank van de Space Shuttle net voor de lancering ernstige schade opliep door spechten waardoor de lancering vertraging opliep. Dit was de 100ste Amerikaanse bemande ruimtevlucht en was de 21ste missie met het ruimteveer Discovery.

Vanop de Bajkonoer lanceerbasis wordt de Russische Vega 2 ruimtesonde gelanceerd. Tijdens deze missie wordt onderzoek verricht naar de planeet Venus en de komeet Halley. Zo vloog Vega 2 op 15 juni 1985 langs de planeet Venus waar het ruimtetuig een 1,5 ton zware lander loskoppelde die 56 minuten lang data doorstuurde naar de Aarde vanop het Venusoppervlak. Vega 2 vloog op 9 maart 1986 op een afstand van ongeveer 8 030 kilometer langs de komeet Halley en nam tijdens de scheervlucht ruim 700 foto's van de komeet. Foto: Roscosmos
Ben je een amateur astronoom met een sterke pen? De Spacepage redactie is steeds op zoek naar enthousiaste mensen die artikelen of nieuws schrijven voor op de website. Geen verplichtingen, je schrijft wanneer jij daarvoor tijd vind. Lijkt het je iets? laat het ons dan snel weten!
Wordt medewerkerDeze website wordt aan onze bezoekers blijvend gratis aangeboden maar om de hoge kosten om de site online te houden te drukken moeten we wel het nodige budget kunnen verzamelen. Ook jij kunt uw bijdrage leveren door ons te ondersteunen met uw donatie zodat we u blijvend kunnen voorzien van het laatste nieuws en artikelen boordevol informatie.