Begin 1961 zaten de Verenigde Staten met een enorm probleem. De toenmalige Sovjet-Unie had de wereld op 10 oktober 1957 een eerste keer doen schrikken toen de Spoetnik 1 als ’s werelds eerste satelliet met succes de ruimte in gebracht werd. Op 12 april 1961 liet de Sovjet-Unie de wereld opnieuw schrikken toen het communistische land Joeri Gagarin als eerste mens rond de Aarde liet draaien. Ondanks verschillende pogingen en onbemande testvluchten moesten de Verenigde Staten en het nog jonge ruimtevaartagentschap NASA lijdzaam toekijken hoe een machtig land als Amerika op technologisch vlak achterop hinkte in de wedloop naar de verovering van de ruimte.
Uiteindelijk kwam hier op 5 mei 1961 verandering in doordat de Amerikaan Alan Shepard aan boord van zijn Mercury ruimtecapsule een ruimtevlucht maakte die slechts zestien minuten duurde. Deze korte missie zorgde er wel voor dat de Verenigde Staten toegang kregen tot de ruimte, waardoor de strijd om de verovering van de ruimte nu helemaal kon losbarsten. Pas vele jaren later werd duidelijk dat Alan Shepard eigenlijk ‘s werelds eerste mens was die aan boord van zijn ruimtecapsule veilig landde op Aarde na een ruimtereis. Joeri Gagarin was hem misschien voorgegaan, maar hij landde niet op Aarde aan boord van zijn ruimtetuig.
Uitmuntend piloot
Alan Bartlett Shepard werd op 18 november 1923 geboren in Derry, New Hampshire, en begon zijn professionele carrière bij de Amerikaanse zeemacht in 1944 nadat hij zijn Bachelor of Science behaalde aan de United States Naval Academy. Nadat Shepard in 1947 zijn vliegbrevet haalde, startte de jonge piloot in Corpus Christi (Texas) en Pensacola (Florida) met een intensieve training waarna hij gestationeerd werd bij de Fighter Squadron 42 in Norfolk (Virginia) en Jacksonville (Florida). Door zijn uitmuntende vliegprestaties trad Alan Shepard in 1950 toe tot de U.S. Naval Test Pilot School in Maryland waar hij, na het behalen van zijn diploma, ondermeer experimentele testvluchten uitvoerde op grote hoogte en experimentele landingen uitvoerde op vliegdekschepen. In de jaren die hierop volgden, was Shepard testpiloot voor tal van nieuwe gevechtsvliegtuigen waarna hij ook instructeur werd in de Test Pilot School. Naast zijn vliegkunsten bleek Shepard ook enorm intelligent te zijn aangezien hij in 1958 aan het Naval War College zijn Master of Arts in military science behaalde en vervolgens werkzaam was bij de stafchef van de Atlantische vloot. Het bijzondere vliegtalent van Shepard werd ondertussen ook buiten het Amerikaanse leger opgemerkt. Alan Shepard was in 1959 één van de 110 Amerikaanse militaire testpiloten die uitgenodigd werden door de toen nog jonge National Aeronautics and Space Administration (NASA) om mee te werken aan het eerste Amerikaanse bemande ruimteprogramma. De testpiloten voor dit ruimteprogramma mochten niet groter zijn dan 180 centimeter, mochten niet meer wegen dan 82 kilogram, moesten jonger zijn dan 40 en moesten minstens 1 500 vlieguren op hun naam hebben staan. Na een lange reeks van mentale, psychologische en lichamelijke tests werd Shepard uiteindelijk met zes andere testpiloten geselecteerd. Zij zouden samen de beroemde ‘Mercury Seven’ vormen.
Alan Shepard tijdens zijn Mercury 'Freedom 7' ruimtevlucht - Foto: NASA
Ahh, Roger; lift-off and the clock is started...
Op 9 december 1960 arriveerde het ‘Freedom 7’ ruimtetuig op de Cape Canaveral lanceerbasis in Florida. De naam ‘Freedom 7’ werd door Alan Shepard zelf gekozen aangezien ‘Freedom’ volgens de astronaut heel patriottisch klonk; de ‘7’ verwees zowel naar het aantal astronauten uit zijn team alsook naar het feit dat zijn capsule de zevende Mercury-ruimtecapsule was. De 3,5 meter grote ruimtecapsule zou vrijwel meteen gelanceerd worden maar ingenieurs hadden tot ieders verbazing nog eens 21 extra weken nodig om het ruimtetuig klaar te krijgen voor zijn missie. Nadat enkele technische problemen met de bijna 2 ton zware capsule verholpen werden en de astronauten nieuwe simulaties uitgevoerd hadden, besliste NASA de Mercury-Redstone 3 missie (MR-3) op 2 mei 1961 van start te laten gaan. Voor deze eerste Amerikaanse bemande ruimtevlucht werden uiteindelijk drie van de zeven astronauten geselecteerd, waarvan de namen op 22 februari 1961 aan het publiek bekendgemaakt werden: Alan Shepard, Gus Grissom en John Glenn. Wie uiteindelijk als eerste de ruimte zou ingaan werd niet bekendgemaakt tot op de dag van de lancering. Helaas vond er op 2 mei 1961 geen lancering plaats aangezien de weersomstandigheden boven het lanceercomplex dit niet toelieten. Op dat moment werd het wel duidelijk dat Alan Shepard in zijn ruimtepak in een nabij gelegen hangar al enkele uren zat te wachten. NASA ondernam drie dagen later, op 5 mei 1961, uiteindelijk een tweede lanceerpoging die al begon in de vroege ochtend. Geholpen door Joe W. Schmitt trok Alan Shepard die dag opnieuw zijn ruimtepak aan waarna een speciale vrachtwagen de astronaut naar het lanceercomplex LC-5 bracht waar de bijna 26 meter Mercury-Redstone raket op hem stond te wachten. Aangekomen bij het lanceerplatform bleef Alan Shepard even staan om de wit met zwarte gekleurde raket nauwkeurig te kunnen bekijken waarna hij met een lift omhoog ging en hij omstreeks 5u30 plaatselijke tijd plaatsnam in de ruimtecapsule. In de uren die hierop volgden, zat Shepard dankzij kleine technische probleempjes vol ongeduld te wachten tot men groen licht zou geven voor de lancering. Aangezien het lange wachten niet was gepland en Shepard zijn ruimtecapsule niet kon verlaten, besliste de astronaut, in overleg met de vluchtleiding waaronder Gordon Cooper, om te urineren in zijn ruimtepak. Doordat er 100% zuurstof in het ruimtepak van Shepard werd gebracht, droogde de urine al gauw op waardoor dit niet voor problemen zorgde. Om 09u34 plaatselijke tijd konden 45 miljoen Amerikanen via televisie en radio uiteindelijk volgen hoe de raketmotor van de Mercury Redstone raket tot ontbranding gebracht werd. Twee seconden na de start meldde Shepard aan de vluchtleiding "Ahh, Roger; lift-off and the clock is started...” waarna hij zijn boordinstrumenten luidop las zodat ingenieurs en vluchtleiders op Cape Canaveral de situatie op de voet konden volgen. In de twee minuten die hierop volgden, voerde de Mercury-Redstone raket een zogenaamd ‘pitch’ manoeuvre uit en ondervond Shepard aan boord van zijn Freedon 7 capsule een versnelling van maximaal 6g. Zoals voorzien viel de raketmotor van de raket 2 minuten en 21 seconden na de start van de lancering uit en werd het ‘Escape tower’ reddingssysteem afgestoten van de ruimtecapsule. Buiten de capsule begon de temperatuur op te lopen tot 104 graden Celsius terwijl het binnenin de capsule 33 graden Celsius werd. Tien seconden later werd de Freedom 7 ruimtecapsule van de raket losgemaakt waarna het automatisch hoogte controlesysteem de capsule 180° liet draaien zodat deze nu met zijn hitteschild naar voor vloog. Alan Shepard nam hierna de controle over de kleine capsule over en testte ondermeer de ‘yaw’ en ‘roll’ manoeuvres. Dankzij twee kleine venstertjes en een periscoop kreeg Shepard voor het eerst de Aarde onder zich te zien. Vijf minuten en vijftien seconden na de start van de missie werden de drie afremraketten tot ontbranding gebracht, kort nadat het ruimtetuig zijn hoogste punt (apogeum) had behaald van 187 kilometer. De Freedom 7 ruimtecapsule begon vervolgens onder een hoek van 14 graden aan zijn terugkeer naar de Aarde. Tijdens deze terugkeer ondervond het lichaam van Shepard een piekversnelling van 11,6g. Een eerste parachute van de Freedom 7 capsule werd 9 minuten en 38 seconden na de start van de missie op een hoogte van 6,4 kilometer opengevouwen. De cabinedruk werd vervolgens op een hoogte van 4,6 kilometer gelijk gebracht met de druk buiten de capsule waarna op een hoogte van 3 kilometer de hoofdparachute opengevouwen werd. Dankzij deze parachute kwam de Freedom 7 ruimtecapsule met een snelheid van 11 meter per seconde iets meer dan vijftien minuten na de start van de missie in de Atlantische Oceaan terecht, 486 kilometer van de plaats van de lancering. Een reddingshelikopter hees kort na de ‘splashdown’ de ruimtecapsule één meter uit het water waarna Shepard het toegangsluik opende. Amerika’s eerste ruimtevaarder werd uiteindelijk aan boord van de helikopter samen met de ruimtecapsule naar het vliegdekschip USS Lake Champlain gebracht waar men elf minuten na de landing van het ruimtetuig al aankwam. Zowel het ruimtetuig alsook de astronaut bleken na een eerste controle in zeer goede staat te zijn. De capsule bleek de eerste bemande ruimtevlucht zo goed te hebben overleefd dat ingenieurs van mening waren dat het tuig zelfs nog eens opnieuw kon gebruikt worden. Alles samen had Amerika’s eerste bemande ruimtevlucht slechts 15 minuten en 28 seconden geduurd.
De eerste bemande Mercury ruimtecapsule vertrekt op 5 mei 1961 vanop de Cape Canaveral lanceerbasis
in Florida - Foto: NASA
Golf spelen op de Maan
In tegenstelling tot bij zijn Russische lotgenoot bleef het bij Shepard niet bij één ruimtemissie. Na het Mercury ruimteprogramma werd Alan Shepard geselecteerd als gezagvoerder voor de eerste Gemini ruimtevlucht. Het Gemini ruimteprogramma was de voorloper van het Amerikaanse Apollo Maanprogramma en moest NASA meer leren over ondermeer het koppelen van ruimtetuigen in de ruimte en het uitvoeren van ruimtewandelingen. Shepard werd in 1963 ook Chief of the Astronaut Office voor NASA waardoor hij verantwoordelijk werd voor de planning en alle andere activiteiten waarbij de Amerikaanse astronauten betrokken waren. In 1964 kreeg Shepard echter slecht nieuws te horen toen dokters bij hem de Ziekte van Ménière vaststelden. Deze ziekte wordt gekenmerkt door duizelingen, oorsuizen en gehoorverlies. Dit gaat ook vaak gepaard met misselijkheid en braken. Door deze ziekte kon Shepard onmogelijk opnieuw de ruimte ingaan. Na een operatie werd Alan Shepard uiteindelijk in mei 1969 opnieuw opgenomen in het Amerikaanse astronautenkorps waarna hij geselecteerd werd om deel uit te maken van Apollo 13 ruimtevlucht naar de Maan. Voor Shepard was dit een bijzonder moment aangezien hij vier jaar lang had gevochten om zijn ziekte te overwinnen. Doordat Alan Shepard met zijn twee collega-astronauten (Edgar Mitchell en Stuart Roosa) meer tijd nodig had om de missie voor te bereiden besliste NASA de Apollo 13 crew te wisselen met de Apollo 14 crew. Uiteindelijk ging Amerika’s eerste astronaut op 31 januari 1971 een tweede maal de ruimte in toen hij samen met Edgar Mitchell en Stuart Roosa aan boord van een krachtige Saturn V raket vertrok richting Maan. Shepard was op dat moment de oudste Apollo-astronaut en was de enige Mercury-astronaut die deel uitmaakte van het Apollo-programma. Na de incidentrijke Apollo 13 ruimtevlucht waren in de Verenigde Staten, en ver daarbuiten, alle ogen gericht op Shepard (en zijn twee crewleden) toen hij als gezagvoerder aan boord van de ‘Antares’ Maanlander op 5 februari 1971 een geslaagde landing maakte op de Fra Mauro vlakte op de Maan. Opnieuw werden de vliegkunsten van Shepard echt duidelijk toen bleek dat de Apollo 14 Maanlander de meest precieze landing van alle Apollo Maanlanders ooit had uitgevoerd. Alles samen verbleef Shepard samen met Edgar Mitchell 33 uur en 30 minuten op het oppervlak van onze trouwe buur. Als stunt had Alan Shepard een golfclub en enkele golfballen meegesmokkeld aan boord van de Maanlander waardoor hij ’s werelds eerste mens werd die een balletje sloeg op de Maan.
Alan Shepard op het oppervlak van de Maan - Foto: NASA
Medailles en snelwegen
Na de succesvolle Apollo 14 Maanmissie werd Shepard in juni 1971 opnieuw Chief of the Astronaut Office en werd hij gepromoveerd bij de zeemacht tot Rear Admiral. Shepard zou uiteindelijk op 1 augustus 1974 zowel de Amerikaanse zeemacht alsook de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA verlaten voor een loopbaan in de private sector. Zo maakte hij deel uit van verschillende raden van bestuur en richtte hij het bedrijf Seven-Fourteen Enterprises op dat genoemd werd naar de Freedom 7 en Apollo 14 ruimtevluchten. Op latere leeftijd ontving Amerika’s eerste ruimtevaarder verschillende eredoctoraten zoals Master of Arts (Dartmouth College), Doctorate of Science (Miami University) en een Doctorate of Humanities (Franklin Pierce College). Daarnaast kreeg hij ook twee NASA Distinguished Service Medals, een Congressional Space Medal of Honor, een NASA Exceptional Achievement Medal, Naval Astronaut Wings, de Navy Distinguished Service Medal en een Distinguished Flying Cross. Shepard was ook voorzitter van de Mercury Seven Foundation die studiebeurzen verstrekte aan talentvolle studenten. Alan Shepard stierf op 21 juli 1998 in Californië aan de gevolgen van leukemie, twee jaar nadat de dokters deze ziekte bij hem hadden vastgesteld. De geboorteplaats van Shepard kreeg dankzij de ervaren piloot en ruimtevaarder de bijnaam ‘Space Town’ en over heel de Verenigde Staten werden belangrijke plaatsen zoals een park (Alan Shepard Park, Cocoa Beach), een school (Alan B. Shepard Hight School, Illinois), een marineschip (USNS Alan Shepard (T-AKE-3) en zelfs snelwegen (Interstate 565 en Interstate 93) genoemd naar Amerika’s eerste astronaut. Shepard’s Freedom 7 ruimtecapsule kreeg een laatste rustplaats in het Armel-Leftwich Visitor Center van de U.S. Naval Academy in Annapolis.