Een permanente basis op de planeet Mars. Dit is een beeld wat we zeer vaak zien in sciencefiction-films en waar de mens al decennia luidop over droomt. Groeperingen als The Mars Foundation en The Mars Society hebben al vele jaren plannen voor bemande Marsmissies maar geraakten vaak niet verder dan ontwerpen of simulaties op Aarde.
Doorheen de jaren is echter gebleken dat politieke beslissingen, budgettaire problemen en technologische obstakels de mens nog niet tot op de ‘rode planeet’ kon brengen. Als het echter van een bedrijf uit Den Haag, Nederland, afhangt, komt hier binnen enkele jaren wellicht verandering in doordat de initiatiefnemers achter dit project concrete plannen hebben voor de realisatie van een eerste nederzetting op Mars. Mars One, dat opgericht werd door de Nederlanders Bas Lansdorp en Arno Wielders, wil in 2023 vier mensen op Mars laten landen die de basis moeten vormen van ’s werelds eerste interplanetaire kolonie. In tegenstelling tot andere plannen en projecten wil Mars One de crew niet terugbrengen naar de Aarde maar deze permanent op Mars houden. In de jaren die hierop volgen, wil men de crew vervolgens nog uitbreiden zodat er uiteindelijk tegen 2033 een twintigtal mensen permanent zullen wonen op Mars. Het team achter dit ambitieuze en gewaagde project wil voor de realisatie van Mars One beroep doen op bestaande technologieën en samenwerken met andere grote commerciële ruimtevaartbedrijven. Daarnaast wil men van dit project ook een heus media-spektakel maken zodat de gewone man in de straat mee kan genieten van deze hele missie. Kostprijs van dit alles: 5 miljard euro!
Tijdlijn van een Mars-nederzetting
Mars One legt niet enkel de lat hoog door mensen naar Mars te willen brengen maar houdt zich hierbij ook nog eens aan een zeer strak schema. Zo wil het Nederlandse bedrijf in 2013 al de eerste vier ruimtevaarders voor een Marsmissie selecteren en moeten de conceptuele studies van het project en de nederzetting tegen dan afgerond worden. Doordat Mars One geen politieke voorkeur heeft, zal iedereen over de hele wereld zich kandidaat kunnen stellen. Hierdoor wil Mars One vooral de nadruk leggen op de ‘kwaliteit’ van de toekomstige Mars-bewoners en niet het land van herkomst. Om de toekomstige Mars-bewoners voor te bereiden op hun leven op Mars zal het bedrijf in een woestijn op Aarde ook een kopie bouwen van de toekomstige Marsbasis. Een jaar later, in 2014, wil men starten met de voorbereidingen van een bevoorradingsmissie naar Mars en starten de vier geselecteerden met hun training. Ook zal men in 2014 starten met de bouw van de eerste communicatiesatelliet die de communicatie moet verzekeren tussen de Aarde en Mars. De selectie, training en voorbereiding van de crew zal door iedereen op televisie of via het internet rechtstreeks te volgen zijn doordat Mars One hierrond een reality-show wil maken. Een lander met aan boord ongeveer 2,5 ton aan voorraden, die lang houdbaar zijn, wil Mars One in 2016 laten lanceren richting Mars. Twee jaar later, in 2018, moet vervolgens een kleine rover op Mars landen die de beste plek moet zoeken waar men de nederzetting uiteindelijk zal plaatsen. De beelden afkomstig van deze rover wil men eveneens rechtstreeks uitzenden op televisie en internet. In 2021 moeten de eerste modules, die de nederzetting gaan vormen, op Mars landen waarna Mars One in 2022 de eerste vier mensen naar Mars wil lanceren. De reis naar Mars zal uitgevoerd worden met het Mars Transitvoertuig dat zal bestaan uit twee rakettrappen, een woonmodule en een lander die in een baan om de Aarde aan elkaar bevestigd worden. Zes maanden later, in 2023, moeten de vier uiteindelijk landen met behulp van een speciale lander op het Marsoppervlak. Ook de reis van de crew naar Mars zal continu te volgen zijn op televisie en internet. Mars One wil de nederzetting tegen 2022 klaar hebben en moet ondermeer in staat zijn om in deze nederzetting water, zuurstof en een ‘aardse’ atmosfeer te creëren. Elke persoon zal een leefruimte hebben van ongeveer 50 vierkante meter. De eerste Mars One basis zal bestaan uit twee woonunits, twee life support units, een tweede voorraadunit en een tweede rover/robot. De grondstoffen voor het leefsysteem voor de Marsbasis hoeft men niet mee te nemen vanop Aarde want die zijn immers aanwezig op de planeet. Op de plek waar men de habitat zal plaatsen, bevindt zich water in de Marsbodem dat men er door verhitting kan uithalen. Dit water kan men uiteindelijk gebruiken om te drinken, te wassen en om gewassen te kweken. Daarnaast kan van dit water ook zuurstof gemaakt worden. De robots, die men voor de crew naar Mars zal lanceren, moeten alle onderdelen bij elkaar brengen en moeten de habitat klaarmaken voor de komst van de eerste mensen. Nadat de eerste crew op Mars zal zijn aangekomen, zullen de vier de basis verder afwerken. Zo wil men ondermeer een baksteenmachine naar Mars brengen waarmee de bewoners uitbreidingen kunnen bouwen aan de nederzetting. In deze uitbreidingen zal men dan ondermeer planten en bomen kunnen kweken. In 2025 zal uiteindelijk een tweede crew op Mars landen die op Mars verder zal samenleven met de eerste.
De Mars One habitat op de planeet Mars - Foto: Mars One
Partners
Plannen maken om mensen naar Mars te brengen is één ding maar dit in de praktijk uitwerken en realiseren is nog iets helemaal anders. Ondanks de mooie plannen en illustraties van Mars One kunnen we niet omheen het probleem dat een bemande missie naar Mars nog nooit werd uitgevoerd waardoor men zeer veel kennis en technologie mist. Om dit op te lossen nam Mars One contact op met verschillende grote commerciële ruimtevaartbedrijven. Zo onderhandelde het Nederlandse bedrijf met het Amerikaanse private ruimtevaartbedrijf SpaceX die de modules en raketten zou kunnen leveren voor het Mars One project. SpaceX slaagde er in 2012 in om als eerste private bedrijf het internationaal ruimtestation ISS te bevoorraden. Het ontwikkelde hiervoor een eigen ruimtecapsule (Dragon) en draagraket (Falcon 9). De Falcon 9 Heavy draagraket van SpaceX, die tot op heden nog nooit gelanceerd werd, zou alle vracht en crew voor dit project naar Mars moeten brengen. Een aangepaste variant van de Dragon ruimtecapsule, de Red Dragon, zou uiteindelijk gebruikt worden als lander die daarna ook kan gebruikt worden als woonunit of life support unit. Ook het Europese grote ruimtevaartbedrijf Thales Alenia Space, dat satellieten, raketonderdelen en ruimtestationmodules bouwt, werd gecontacteerd door Mars One om onderdelen te leveren voor ondermeer het Mars Transitvoertuig. Daarnaast nam Mars One ook nog contact op met het Canadese bedrijf MDA Corporation, dat bekend is om zijn revolutionaire robotische systemen aan boord van het ISS, en het Britse bedrijf Surrey Satellite Technology dat wereldwijd marktleider is in de bouw van kleine satellieten. Al deze bedrijven hebben aangegeven dat zij de componenten en hardware voor een nederzetting op Mars kunnen leveren aan Mars One zodra het bedrijf het nodige kapitaal vindt.
Ambassadeurs van het project
Wellicht bekijken veel mensen de plannen van Mars One met gefronste wenkbrauwen of met de nodige kritiek maar toch kan het bedrijf al rekenen op enkele belangrijke invloedrijke ambassadeurs. Zo steunt de Nederlandse Nobelprijswinnaar en professor dr. Gerard ‘t Hooft voor de volle 100% de plannen van Mars One en is hij één van de belangrijkste ambassadeurs van het bedrijf. Dr. Gerard ‘t Hooft gelooft ten volle in dit project doordat dit volgens hem een multinationale onderneming wordt zonder dat regeringen er direct bij betrokken worden. Daarnaast is de Nobelprijswinnaar ook enorm opgetogen over het feit dat dit een enorm mediaspektakel kan worden dat door de hele wereldbevolking op de voet kan gevolgd worden. Een andere belangrijke Mars One ambassadeur, Paul Römer, was medebedenker van het succesvolle Big Brother en kwam op het idee om rond Mars One een groot media-spektakel te maken. Römer ziet in dit hele project een soort van “Reality meets talentshow with no ending and the whole world to watch it”. Ook de voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Ruimtevaart, Gerard Blaauw, is een gedreven Mars One ambassadeur. Volgens Blaauw, die nauwe banden heeft met de ruimtevaartsector, moet dit project zeker gesteund worden aangezien dit een mix wordt tussen media en ruimtevaart en gerenomeerde ruimtevaartbedrijven in één project gaan samenwerken. Andere Mars One ambassadeurs zijn Prof. dr. ir. Boudewijn Ambrosius van de TU Delft en de populaire schrijfster Mary Roach die al meer dan één miljoen boeken verkocht in 26 talen.
Kan dit slagen?
Waarom zou een klein Nederlands bedrijf als Mars One slagen in een project waaraan grote ruimtevaartorganisaties en wetenschappelijke onderzoekscentra al jaren werken? Waar haalt Mars One het geld vandaan voor dit project? Het antwoord op deze, en nog vele andere vragen, schuilt wellicht in het feit dat de mensen achter het Mars One project buiten de traditionele ‘kaders’ denken. Zo moet dit bedrijf voor zijn plannen geen rekening houden met regeringen of belangrijke politieke beslissingen en wil men verschillende grote ruimtevaartbedrijven laten werken aan één gezamenlijk project. Ook het idee achter het feit dat de Mars One ruimtevaarders op Mars blijven om er een nederzetting te bouwen is vrij uniek en gedurfd. Grote ruimtevaartorganisaties zoeken al jaren naar middelen en geld om ruimtevaarders naar Mars te brengen maar ook om ze veilig terug naar de Aarde te brengen. Door mensen op de ‘rode planeet’ te houden, wordt een Marsmissie immers veel goedkoper en eenvoudiger. Het hele geplande mediagebeuren rond dit project zorgt er dan weer voor dat er minder belastingsgeld nodig is voor een dergelijk project waardoor men dit makkelijker kan verkopen aan het grote publiek. Een dergelijk ongezien media-spektakel kan uiteindelijk massa’s sponsoring en adverteerders lokken waardoor dit project ook een goede investering kan zijn. Met een geschatte kostprijs van 5 miljard euro zit Mars One ook veel lager dan andere officiële schattingen. Zo schatte NASA in 2009 nog dat een bemande Marsmissie ongeveer 75 miljard dollar zou kosten. Ook op vlak van technologie denkt men buiten de traditionele manier van werken. Zo gaat men niet eerst jaren lang investeren in het uitvinden en ontwikkelen van nieuwe technologieën maar gaat men bestaande onderdelen en technologieën afkomstig van commerciële bedrijven combineren tot één geheel. Mars One zal in de plaats van nieuwe zware raketten ook gebruik maken van bestaande lanceermiddelen zoals de Falcon 9 Heavy die in staat moet zijn om alles naar Mars te brengen. Op deze manier spaart men ontwikkelingskosten uit en kan dit project sneller in de praktijk omgezet worden. Toch zal de grootste uitdaging van dit project het bijeenbrengen worden van vijf miljard euro. Kortom: als het van Mars One afhangt, zal Nederland in de toekomst niet enkel meer gekend zijn om zijn tulpen en kaas maar ook om de eerste nederzetting op Mars.