Nieuwe waarnemingen met de Atacama Large Millimeter/submillimeter array (ALMA) hebben astronomen een ongekend beeld gegeven van een reusachtige ster-in-wording in een donkere wolk. Daarbij is een stellaire ‘baarmoeder’ ontdekt die meer dan 500 keer zoveel massa bevat als de zon – de grootste die ooit in de Melkweg is waargenomen – en die nog steeds groeit.
Astronomen hebben met behulp van ESO’s Very Large Telescope een ver sterrenstelsel ontdekt dat gas uit zijn omgeving opslokt. Het gas dat naar het sterrenstelsel toe stroomt, wordt niet alleen benut voor de vorming van nieuwe sterren, het jaagt ook de rotatie van het stelsel aan. Dit is het beste directe observationele bewijs tot nu toe dat sterrenstelsels, zoals theoretisch voorspeld, materie uit hun omgeving aantrekken om te groeien en sterren te vormen.
Een team van astronomen heeft met een combinatie van nieuwe waarnemingen en bestaande gegevens van het HARPS-instrument van de 3,6-meter ESO-telescoop ontdekt dat het planetenstelsel van de ster Gliese 667C minstens zes planeten telt. Maar liefst drie van deze planeten zijn ‘superaardes’ die zich in de zone rond de ster bevinden waar vloeibaar water en eventueel ook leven kan bestaan. Daarmee is dit het eerste planetenstelsel dat we kennen met een volgepakte leefbare zone.
ESO’s Very Large Telescope Interferometer heeft de meest gedetailleerde waarnemingen verzameld die ooit van het stof rond het enorme zwarte gat in het centrum van een actief sterrenstelsel zijn gedaan. Verwacht werd dat al het gloeiende stof rond het zwarte gat een donutvormige ring zou vormen. Maar in plaats daarvan ontdekten de astronomen dat veel van het stof zich boven en onder de ring bevindt.
Astronomen die gebruik maken van de Zwitserse 1,2-meter Leonhard Euler-telescoop van de ESO-sterrenwacht op La Silla, Chili, hebben een nieuw soort veranderlijke ster ontdekt. De ontdekking is gebaseerd op de detectie van zeer kleine veranderingen in de helderheden van sterren in een sterrenhoop.
Astronomen hebben met behulp van de nieuwe Atacama Large Millimeter/submillimeter Array (ALMA) een gebied rond een jonge ster in beeld gebracht waar stofdeeltjes kunnen groeien door samen te klonteren. Het is voor het eerst dat zo’n 'stofval' duidelijk is waargenomen. Het onderzoek beantwoordt de al lang bestaande vraag hoe de stofdeeltjes in schijven rond sterren zo groot kunnen worden dat ze uiteindelijk kometen, planeten en andere rotsachtige lichamen kunnen vormen.
Een team astronomen heeft met behulp van ESO’s Very Large Telescope een zwak object in beeld gebracht dat met een heldere ster mee beweegt. Met een geschatte massa van vier of vijf keer die van Jupiter zou het de minst zware planeet buiten het zonnestelsel zijn die rechtstreeks is waargenomen. De ontdekking is een belangrijke bijdrage aan ons begrip van het ontstaan en de evolutie van planetenstelsels.
Astronomen verwachten dat sterren zoals de zon aan het eind van hun leven een groot deel van hun atmosferen de ruimte in blazen. Maar nieuwe waarnemingen van een grote sterrenhoop, gedaan met ESO’s Very Large Telescope, hebben – tegen alle verwachtingen in – laten zien dat de meeste van de onderzochte sterren dat stadium simpelweg niet hebben bereikt.
Met dit nieuwe beeld van een spectaculair stervormingsgebied viert ESO 15 jaar Very Large Telescope – het meest geavanceerde optische instrument ter wereld. Deze foto toont dichte opeenhopingen van stof die donker afsteken tegen een roze gloeiende gaswolk die bij astronomen bekendstaat als IC 2944. De ondoorzichtige stofwolken lijken op druppels inkt die in een aardbeiencocktail drijven.
Op deze spectaculaire nieuwe opname van kosmische wolken in het sterrenbeeld Orion is een soort vurig lint te zien. De oranje gloed stelt zwak licht voor, onzichtbaar voor het menselijk oog, dat door koude interstellaire stofdeeltjes is uitgezonden. Dit licht is vastgelegd met het door ESO beheerde Atacama Pathfinder Experiment (APEX) in Chili. Wolken van interstellair gas en stof zijn de grondstoffen voor de vorming van sterren.
De Amerikaanse ruimtesonde Pioneer 11 vliegt op een afstand van 34 000 kilometer boven het wolkendek van de planeet Jupiter. Dit onbemande ruimtetuig werd op 6 april 1973 in de ruimte gebracht en had als doel de buitenste delen van ons zonnestelsel te verkennen. Foto: NASA
Ben je een amateur astronoom met een sterke pen? De Spacepage redactie is steeds op zoek naar enthousiaste mensen die artikelen of nieuws schrijven voor op de website. Geen verplichtingen, je schrijft wanneer jij daarvoor tijd vind. Lijkt het je iets? laat het ons dan snel weten!
Wordt medewerkerDeze website wordt aan onze bezoekers blijvend gratis aangeboden maar om de hoge kosten om de site online te houden te drukken moeten we wel het nodige budget kunnen verzamelen. Ook jij kunt uw bijdrage leveren door ons te ondersteunen met uw donatie zodat we u blijvend kunnen voorzien van het laatste nieuws en artikelen boordevol informatie.