Ondanks de serene en ogenschijnlijk onveranderlijke aanblik van de sterrenhemel is het heelal allesbehalve een rustig oord. Het is het toneel van een eindeloze kringloop van geboorte en dood van sterren, en soms komt uit de materie die een stervende ster de ruimte in blaast een structuur van ongeëvenaarde schoonheid voort.
Deze nieuwe opname van de Wide Field Imager van de 2,2-meter MPG/ESO-telescoop van de ESO-sterrenwacht op La Silla (Chili) toont de Potloodnevel (1), die afsteekt tegen een rijke sterrenachtergrond. Deze vreemd gevormde wolk, die ook bekendstaat als NGC 2736, is een klein deel van een supernovarestant (2) in het sterrenbeeld Vela (Zeilen). De gloeiende filamenten zijn ontstaan bij de gewelddadige dood van een ster die ongeveer 11.000 jaar geleden heeft plaatsgevonden. Het helderste deel lijkt op een potlood (vandaar de naam), maar als geheel lijkt de nevel meer op een klassieke heksenbezem.
De Vela-supernovarest is een uitdijende schil van gas die uit de supernova-explosie is voortgekomen. Aanvankelijk had de bijbehorende schokgolf een snelheid van miljoenen kilometers per uur, maar terwijl hij zich door het gas tussen de sterren voortplantte, is hij sterk afgeremd en zijn er vreemd gevormde nevelplooien ontstaan. De Potloodnevel is het helderste deel van de enorme gasschil. Deze nieuwe opname toont grote, sliertige structuren, kleinere heldere concentraties van gas en diffuse gasflarden. De heldere aanblik van de nevel is te danken aan gebieden van dicht gas die door de schokgolf van de supernova zijn getroffen. Terwijl zo’n schokgolf zich door de ruimte voortplant, beukt hij in op het interstellaire gas. Aanvankelijk werd het gas verhit tot temperaturen van miljoenen graden, maar inmiddels is het afgekoeld en resteert slechts de zwakke gloed die op deze foto is vastgelegd.
Door naar de verschillende kleuren van de nevel te kijken, hebben astronomen de temperatuur van het gas in kaart kunnen brengen. Sommige delen zijn nog zo heet dat het licht ervan voornamelijk afkomstig is van geïoniseerde zuurstofatomen, die een blauwe gloed afgeven. Andere, koelere gebieden vertonen de rode gloed van waterstofgas. De Potloodnevel is ruwweg driekwart lichtjaar lang en beweegt met een snelheid van ongeveer 650.000 kilometer per uur door het interstellaire medium. Ondanks zijn afstand tot de aarde, die circa 800 lichtjaar bedraagt, betekent dit dat de nevel zich in de loop van een mensenleven merkbaar verplaatst ten opzichte van de achtergrondsterren. Zelfs 11.000 jaar na dato verandert de supernova-explosie nog steeds de aanblik van de nachthemel.
Noten
(1) De Potloodnevel, ook bekend als NGC 2736, werd in 1835 ontdekt door de Britse astronoom John Herschel, die toen in Zuid-Afrika verbleef. Hij beschreef de nevel als ‘een buitengewoon lange, smalle straal van uiterst zwak licht’.
(2) Een supernova is een hevige sterexplosie die optreedt bij de dood van ofwel een zware ster ofwel een witte dwerg in een compacte dubbelster. De structuur die na de explosie overblijft wordt supernovarestant genoemd. Deze bestaat uit materiaal dat met supersonische snelheden uitdijt in het omringende interstellaire medium. Supernovae zijn de belangrijkste bron van zwaardere chemische elementen in het interstellaire gas, wat resulteert in de chemische verrijking van volgende generaties van sterren en planeten.
Meer informatie
Het jaar 2012 staat in het teken van de vijftigste verjaardag van de oprichting van de Europese Zuidelijke Sterrenwacht (ESO). ESO is de belangrijkste intergouvernementele astronomische organisatie in Europa en de meest productieve sterrenwacht ter wereld. Zij wordt ondersteund door vijftien landen: België, Brazilië, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Italië, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Spanje, Tsjechië, het Verenigd Koninkrijk, Zweden en Zwitserland. ESO voert een ambitieus programma uit, gericht op het ontwerpen, bouwen en beheren van grote sterrenwachten die astronomen in staat stellen om belangrijke wetenschappelijke ontdekkingen te doen. Ook speelt ESO een leidende rol bij het bevorderen en organiseren van samenwerking op astronomisch gebied. ESO beheert drie waarnemingslocaties van wereldklasse in Chili: La Silla, Paranal en Chajnantor. Op Paranal staan ESO’s Very Large Telescope (VLT), de meest geavanceerde optische sterrenwacht ter wereld, en twee surveytelescopen: VISTA werkt in het infrarood en is de grootste surveytelescoop ter wereld en de VLT Survey Telescope is de grootste telescoop die uitsluitend is ontworpen om de hemel in zichtbaar licht in kaart te brengen. ESO is ook de Europese partner van de revolutionaire telescoop ALMA, het grootste astronomische project van dit moment. Daarnaast bereidt ESO momenteel de bouw voor van de 39-meter Europese Extremely Large optical/near-infrared Telescope (E-ELT), die ‘het grootste oog op de hemel’ ter wereld zal worden.