Vooreerst dienen we te weten of er kometen zichtbaar zijn vanaf uw locatie en waar deze te vinden zijn. Door middel van planetariumprogramma's kom je al een eind verder, meestal zijn in deze programma's functies voorzien welke de zichtbare kometen op het scherm kan aanduiden zodat je daar sterrenkaarten van kunt afdrukken voor de waarneming een stuk eenvoudiger te maken. Echter dien je de komeetlijst in het planetairumprogramma regelmatig bijwerken via het internet om een zo ook de recentste komeetgegevens op te halen. Ook op internet kan je handige sites vinden met zoekkaartjes en efemeriden van de zichtbare kometen.
De efemeriden is een tabel die informatie bevat van de locatie van de komeet (rechte klimming en declinatie), de magnitude, huidige elongatie vanaf de Maan en Zon voor elke dag tijdens de maand dat hij zichtbaar is. Deze gegevens kunnen in een planetariumprogramma ingevoerd worden voor deze te projecteren op een sterrenkaart of om de positie van het object op een sterrenatlas te projecteren zoals de Sky Atlas 2000 of Uranometria. Als je de positie voor 5 dagen uittekent op een sterrenkaart geeft dit een goed beeld in welke richting en snelheid de komeet heeft tijdens die periode. Wanneer de komeet zich op een goede afstand van de zon (elongatie) bevindt en zich boven de horizon begeeft kan je starten met het zoeken van de komeet. De komeet kan dan gevonden worden met behulp van de sterrenkaart en door middel van de traditionele starhoptechniek of de moderne Go-To telescopen. Go-To telescopen zijn zeker goed voor als je moeilijkheden ondervindt met het vinden ervan of bij gebrek aan tijd, starhoppen geeft de waarnemer een extra waarde aangezien je er zelf achter kunt zoeken en je des te blijer bent dat je het object uiteindelijk hebt gevonden. Een tweede reden om het starhoppen aan te moedigen is dat je nooit weet wat je nog zoal kunt tegenkomen onderweg, het is al meer gebeurt dat amateur waarnemers tijdens het starhoppen nieuwe kometen of novae ontdekten; al is het meer waarschijnlijker dat je een sterrenstelsel of ander object tegenkomt die je nog niet had gezien.
Datum | TT | R.A | Decl. | Delta | r | Elongatie | Fase | m1 | m2 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2007 04 30 | 22 | 58.88 | -10 | 29.8 | 3.753 | 3.320 | 57.4 | 14.8 | 16.6 |
2007 05 05 | 23 | 00.78 | -10 | 53.6 | 3.733 | 3.378 | 62.0 | 15.3 | 16.6 |
Indien de komeet helderder is dan de achtste magnitude kan het reeds zichtbaar zijn doorheen de zoeker. Indien dit niet het geval is kan je door het oculair zoeken naar een wazige vlek, dit is de komeet. Merk wel op dat de efemeriden van een nieuwe komeet niet geheel correct kunnen zijn aangezien er nog te weinig baangegevens bekend zijn om haar baan exact te bepalen, het kan dus goed zijn dat de komeet iets verder ligt dan de voorspelde locatie, even rondkijken met de telescoop kan helpen. Zelfs periodieke kometen bewegen wat weg van hun locatie door niet-gravitationele krachten, onthoud dit dus goed.
Condensatiegraad
Komeetwaarnemingen zijn opgesplitst in twee gebieden: de coma en stofstaart. In dit onderdeel gaan we ons concentreren op de coma. De condensatiegraad is een schaalverdeling welke aangeeft hoe gecondenseerd de coma is. In een meer specifieke manier geeft het een visuele omschrijving van de intensiteit van de coma over de afstand. De schaal loopt van 1 tot 9, een kort overzicht:
- 0: diffuse coma met uniforme helderheid
- 1: diffuse coma met lichte verheldering naar het centrum
- 2: diffuse coma met duidelijke verheldering naar het centrum
- 3: centrum van de coma veel helderder dan de randen, maar nog steeds diffuus
- 4: diffuse condensatie aan het centrum van de coma
- 5: condensatie doet zich voor als een diffuse vlek aan het centrum van de coma - omschreven als aanzienlijk gecondenseerd.
- 6: condensatie doet zich voor als een heldere diffuse vlek aan het centrum van de coma
- 7: condensatie doet zich voor als een ster waar niet op gefocust kan worden - omschreven als sterk gecondenseerd
- 8: coma praktisch onzichtbaar
- 9: stellair of schijfachtig in voorkomen
Wanneer uw schatting tussen de waardes als bvb 3 en 4 ligt wordt dit genoteerd als 3/. Verwar de centrale condensatie niet met de graad van condensatie. Dit is waar de verwarring net ontstaat. Centrale condensatie is een aanzienlijke verheldering van de schijf binnen de coma. Een gecondenseerde komeet dient geen centrale condensatie te hebben. Bij de schatting komt dus zeker wat ervaring bij kijken, oefening baart kunst en dat geld ook voor komeetwaarnemingen, hoe meer je oefent hoe beter je zal kunnen schatten, vergelijk ook je waarnemingen met die van anderen..
Andere zaken die je best noteert zijn onder andere:
- Welke vorm heeft de coma?
Is deze cirkelvormig, ovaalvorm, parabolisch, languit gerekt ...
Languitgerekt kan een teken zijn dat de komeet zich versplinterd of uit elkaar valt. - Bevindt de centrale condensatie zich in het centrum?
Een dichtere inspectie kan tonen dat het niet symmetrisch geplaatst is maar eerder buiten het centrum. - Welke kleur heeft de coma?
De meeste zwakke comae zijn pastelgrijs van kleur, terwijl andere een duidelijk groen of blauwe tint hebben. Sommige heldere kometen vertonen gouden kleuren wanneer ze nabij hun perihelium komen, dit komt omdat zonlicht glinstert op het stof binnen de coma en staart.
De valse kern
Is er een valse kern? Dit mag je dus niet verwarren met de centrale condensatie. De valse kern is een sterachtig lichaam binnenin de coma of centrale condensatie. Dit wordt omschreven als de valse kern aangezien de ware kern verborgen zit door zonnestralen die gereflecteerd worden op stofdeeltjes die uit de echte kern komen en zo het zicht op de ware kern wegnemen. Sommige kometen vertonen een valse kern andere dan weer niet. Helderheidsschattingen van de valse kern zijn waardevol en zijn gekend onder de naam M2 magnitude schattingen (voor deze methode moet je wel beschikken over een CCD camera) waar M1 refereert naar de totale visuele magnitude van de coma.
Metingen van de diameter van de coma
Een eenvoudige manier om de diameter van de coma te meten is het beeldveld van elk gebruikte oculair te kennen. Deze techniek is niet erg correct maar het is een eenvoudige manier en een goede start voor het meten.
Voorbeeld: we hebben een 32mm oculair op een 16" reflectortelescoop f/4.5, het beeldveld van het oculair is 1 graad, indien de coma een vierde van het beeldveld inneemt dan kan je schatten dat de coma van de komeet een diameter heeft van 15".
Een iets moeilijkere methode voor het meten van de coma is het schatten van de lengte ten opzichte van een nabijgelegen sterveld, door middel van een sterrenatlas kan je dan afleiden hoe groot de coma is.