In 1923 opperde de Duitse natuurkundige Hermann Oberth (1894-1889) het idee om een telescoop in een lage baan om de Aarde te brengen teneinde waarnemingen te verrichten zonder de hinderlijke Aardse atmosfeer. In 1946 werkte de Amerikaanse natuurkundige Lyman Spitzer (1914-1997) het idee verder uit en in 1966 realiseerde NASA het idee met de lancering van 4 ruimtetelescopen in de OAO-reeks (Orbiting Astronomical Observatory).
Astronomen hebben met behulp van de Amerikaanse Kepler ruimtetelescoop acht nieuwe exoplaneten ontdekt die zich op zodanige afstanden tot hun moederster bevinden dat er vloeibaar water op hun oppervlak mogelijk is. Twee van deze acht exoplaneten zijn de meest 'aarde-achtige' planeten die men rondom andere sterren heeft ontdekt.
De prachtige, imposante sterrenstelsels, hoe ontstaan en evolueren ze? Wetenschappers wilden dit bestuderen aan de hand van de evolutie van sterren en dat in ultraviolette straling met behulp van een speciale ruimtetelescoop die de 'naam 'Galaxy Evolution Explorer' kreeg (GALEX). Met de Galaxy Evolution Explorer ruimtetelescoop wilden sterrenkundigen vooral achterhalen wanneer de sterren en elementen die nu in het Melkwegstelsel worden waargenomen gevormd zijn.
Akari was de naam van een Japanse ruimtetelescoop dat een overzichtskaart maakte van het heelal in infrarode straling. Deze Japanse satelliet werd in februari 2006 in de ruimte gebracht en maakte ondermeer een nieuwe hoge resolutie overzichtskaart van de hemel in het infrarode deel van het spectrum.
Vanaf circa 1990 begon brak een gouden periode aan voor sterrenkundig onderzoek in gammastraling dankzij het werk van enkele bijzondere ruimtetetelscopen. Granat was een (Sovjet-)Russische satelliet, met een belangrijke Franse inbreng, die onderzoek verrichte op vlak van gammastraling en röntgenstraling. Deze ruimtetelescoop werd op 1 december 1989 in de ruimte gebracht en bleef tot 1998 operationeel.
Astronomen hebben met behulp van de Amerikaanse infrarood ruimtetelescoop Spitzer een uitbarsting van stof ontdekt in de buurt van een jonge ster. Men vermoed dat deze uitbarsting van stof het resultaat is van een botsing tussen twee grote planetoïden.
De Astronomische Nederlandse Satelliet (ANS) was de eerste satelliet die in Nederland werd gebouwd en bestuurd. Deze Nederlandse ruimtetelescoop bestudeerde de hemel in röntgen- en ultraviolette straling. Met deze satelliet werden ondermeer de eerste röntgenbursts ontdekt en werden ongeveer 18 000 waarnemingen verricht in ultraviolette straling van het spectrum van 400 astronomische bronnen.
Röntgensatellit (ROSAT) was een satelliet met toch wat technische issues die een heel nieuwe kijk op het heelal verschafte. Alles, of toch bijna alles, zendt röntgenstraling uit was één van de vele ontdekkingen. Het doel van deze missie was een beter begrip krijgen over de oorsprong, structuur en evolutie van het heelal. ROSAT heeft de verwachtingen ruim overtroffen en in veel boeken over de hoogenergetische straling uit het heelal komt deze satelliet, of vermelding van de gegevens, dan ook vaak voor.
De Britse astronoom Isaac Newton (1642-1727) opperde als eerste het idee om telescopen op bergtoppen boven de atmosfeer te plaatsen, maar het idee om een ruimtetelescoop te ontwikkelen kwam van de Duitse ruimtevaart-pioneer Herman Oberth (1894-1989). Eind de jaren 1940, opperde de Amerikaanse astrofysicus Lyman Spitzer (1914-1997) dat een ruimtetelescoop cruciaal was om nieuwe astronomische ontdekkingen te realiseren.
Thor-Delta 1A (TD-1A) was de allereerste Europese wetenschappelijke satelliet die waarnemingen verrichte in hoogenergetische straling. Hoewel in hoofdzaak een missie voor onderzoek in ultraviolette straling en van de Zon, had het ook detectoren aan boord voor gamma- en röntgenstraling. De weinig poëtische naam komt van de Amerikaanse Thor-Delta-raketten waarvan een afgeleide versie werd gebruikt om deze satelliet te lanceren.
De Duitse amateur-sterrenkundige Karl Ludwig Hencke ontdekt de planetoïde (6) Hebe. Deze planetoïde bevindt zich tussen de banen van de planeten Mars en Jupiter en heeft een gemiddelde diameter van ongeveer 186 kilometer. De baan rond de Zon is sterk ellipsvormig en de afstand tot onze ster kan variëren tussen de 2,914 en 1,937 astronomische eenheden.
Deze website wordt aan onze bezoekers blijvend gratis aangeboden maar om de hoge kosten om de site online te houden te drukken moeten we wel het nodige budget kunnen verzamelen. Ook jij kunt uw bijdrage leveren door ons te ondersteunen met uw donatie zodat we u blijvend kunnen voorzien van het laatste nieuws en artikelen boordevol informatie.